1927 (of later)
polychroom geglazuurd keramiek, resp. 4 en 3,5 cm
Voor zijn in 1919 geboren zoontje Johan boetseerde Hildo Krop een olifantje. Vanwege zijn ontwerpen voor de Steenwijkse keramiekfabriek ESKAF, kwam hij op het idee om dit boetseerwerkje te bakken. Bij gebrek aan beter deed hij dit in een potkachel. Het resultaat was verre van optimaal en hij besloot lessen te gaan volgen bij de docent/keramist Bert Nienhuis (1873-1960). Ook kocht hij een op kolen gestookte oventje waarmee hij ging experimenteren. Vanaf 1927 produceerde hij een grote hoeveelheid kleine keramische werkjes, waaronder veel dierfiguurtjes. Voor het vervaardigen van veel exotische dieren, zoals deze tapir en miereneter, had hij veel voorbeelden op loopafstand. De dierentuin Artis bevond zich namelijk vlak achter zijn atelier aan de Plantage Middenlaan. Regelmatig was hij hier te vinden om schetsen te maken van de meest uiteenlopende diersoorten.
bron: Hildo Krop – keramiek, Wim Heij, 2015