1926
a. portiekbekroningen:
1. kabouter op slak voor cypres (zwaar beschadigd)
2 vos zittend voor cypres
gebakken aarde, 60 cm elk
twee vogels
Don Quichotte te paard
fluitspelend jongetje met vogels
fauntje zittend met gekruiste poten
kind rijdend op bok
b. gevelsteentjes:
1. twee vogels
2. Don Quichotte te paard
3. Sancho Panza op ezel
4. fluitspelend jongetje met vogels
5. de Bremer Stadsmuzikanten
6. fauntje zittend met gekruiste poten
7. kind rijdend op bok
8. boommotief met springend hert
gebakken aarde, 34 cm
architect: N. Lansdorp
Na het scholencomplex aan het Zuivelplein uit 1923 bouwde Nico Lansdorp drie jaar later, aan het Huismanhof, een tweede school in Betondorp. Ook aan deze school zou Krop zijn medewerking verlenen. Maar omdat de gemeente op dat moment krap bij kas zat, vroeg de directeur van de afdeling Gebouwen van Publieke werken, ir. A.R. Hulshoff aan Krop of hij de ontwerpen van het schoolgebouw aan de Wingerdweg in Amsterdam-Noord (ook gebouwd door N. Lansdorp) opnieuw mocht gebruiken. Krop had daar geen bezwaar tegen, zodat dezelfde steentjes van gebakken aarde ook aan de Watergraafsmeerschool werden aangebracht. Deze steentjes hebben de voor Krop bekende thema’s zoals vogels, fauntjes en springende herten, maar ook figuren uit de literatuur, zoals de Bremer Straatmuzikanten uit de sprookjes van Grimm en Don Quichotte en zijn knecht Sancho Panza uit de roman van Cervantes. Er zijn nog twee scholen waar deze steentjes werden gebruikt (alleen de portiekbekroningen): de Dr. Voûteschool in de Obistraat in Amsterdam-Oost (school is afgebroken en beeldhouwwerk is waarschijnlijk verloren gegaan) en de achterzijde van het Vossius-gymnasium aan de Willem Royaardsstraat.
De oeuvre catalogus van E.J. Lagerweij-Polak vermeldt bij B55 dat de beeltenis van een van de portiekbekroningen een ‘lynx zittend voor een cypres’ betreft. Lynxen hebben een kort staartje. Dit dier heeft een lange staart en een echte vossenkraag. Bovendien verbeeldde Krop regelmatige vosjes bij scholen (symbool voor slimheid). We hebben hier dus niet te maken met een lynx, maar met een ‘vos zittend voor een cypres’.