Na acht jaar van tegenvallende financiële resultaten werd de N.V. Eerste Steenwijker Kunstaardewerk Fabriek “ESKAF” in 1927 geliquideerd. Hildo Krop had in die jaren veel ontwerpen voor het geglazuurde werk voor deze fabriek geleverd. Met de sluiting van de fabriek had hij ook geen beschikking meer over de faciliteiten welke het bedrijf hem geboden had. De keramiek hield hem echter in zijn greep. Hij ging een jaar lessen volgen aan de Quellinusschool in Amsterdam, waar de docent Bert Nienhuis hem hielp met glazuren. Ook schafte hij een kolengestookt emailleeroventje aan. Zijn eerste zelfstandig werk met keramiek en glazuur naast zijn experimenten met de kleine dierfiguurtjes, was een groen geglazuurde keramisch masker.
Vanwege zijn ontwerpen voor de Steenwijkse keramiekfabriek ESKAF, kwam Hildo Krop op het idee om zelf boetseerwerkjes te bakken. Bij gebrek aan beter deed hij dit in een potkachel. Het resultaat was verre van optimaal en hij besloot lessen te gaan volgen bij de docent/keramist Bert Nienhuis (1873-1960). Ook kocht hij een op kolen gestookte oventje waarmee hij ging experimenteren. Vanaf 1927 produceerde hij een grote hoeveelheid kleine keramische werkjes, waaronder veel dier- en fantasiefiguurtjes, zoals dit bruine fauntje met een omhoog kruipend groen kikkertje. Dit grappige beeldje bevindt zich in de collectie van het Hildo Krop Museum in Steenwijk.
Voor zijn in 1919 geboren zoontje Johan boetseerde Hildo Krop een olifantje. Vanwege zijn ontwerpen voor de Steenwijkse keramiekfabriek ESKAF, kwam hij op het idee om dit boetseerwerkje te bakken. Bij gebrek aan beter deed hij dit in een potkachel. Het resultaat was verre van optimaal en hij besloot lessen te gaan volgen bij de docent/keramist Bert Nienhuis (1873-1960). Ook kocht hij een op kolen gestookte oventje waarmee hij ging experimenteren. Vanaf 1927 produceerde hij een grote hoeveelheid kleine keramische werkjes, waaronder veel dierfiguurtjes. Voor het vervaardigen van veel exotische dieren, zoals deze tapir en miereneter, had hij veel voorbeelden op loopafstand. De dierentuin Artis bevond zich namelijk vlak achter zijn atelier aan de Plantage Middenlaan. Regelmatig was hij hier te vinden om schetsen te maken van de meest uiteenlopende diersoorten.