Hildo Krop maakte dit zwart gebeitste eikenhouten muziekkastje waarschijnlijk voor eigen gebruik. Hierin konden grammofoonplaten en een pick-up geplaatst worden.
Het is een eenvoudig strak kastje in kubusvorm, maar met aan elke zijkant een identieke ajour reliëf met geluidsgolven.
Het kastje was te zien op de verkooptentoonstelling van Kunstconsult, Amstelveen in september/oktober 2018.
Na de Tweede Wereldoorlog schafte Hildo Krop zich een nieuwe oven aan, een elektrische. Uiteindelijk bleek deze oven hem niet zo te bevallen. Hij vond hem te gelijkmatig, te mechanisch. Toch heeft hij met deze oven ook veel geëxperimenteerd. Volgens zijn latere assistent Henk Oddens bleef Krop maar doorgaan met deze modellen. “Soms ging een beeldje wel twaalf, dertien keer terug in de oven. Hier wat extra kleur en dan weer nieuwe glazuur: hij bleef maar doorgaan”.
Dit kleine keramische beeldje van een nogal wulps liggende vrouw uit deze periode, werd tentoongesteld gedurende een verkoopexpositie van Kunstconsult in Amstelveen van 26 september t/m 17 oktober 2018.
Dit sculptuurtje is een studie van een ander keramisch beeldje, namelijk ‘Paar’ (V163) uit 1953, met de afmeting van 38 cm. Dit werk staat afgebeeld in de catalogus van de herdenkingstentoonstelling ‘Hildo Krop’ – 1984, van de Kunsthandel G.J. Scherpel, Den Haag. (zie ook Knielende man).
bronnen: Henk Oddens in de documentaire ‘Hildo Krop – Beeld van een kunstenaar’, 2018; Hildo Krop 1884-1970 Beeldhouwer en ceramist, Kunsthandel G.J. Scherpel B.V., Den Haag, 1984
geglazuurde polychrome keramiek, gedeeltelijk met goud, 21 cm
Deze unieke urn met een voorstelling van staande en liggende mannen in reliëf is ontworpen door Hildo Krop in 1948. De urn is gemaakt van geglazuurd polychroom keramiek, gedeeltelijk bedekt met goud. De figuren op de urm zijn afkomstig van het keramisch studiemateriaal welke Krop maakte voor zijn Monument voor de gevallen werknemers van het PTT-bedrijf in Den Haag (V z.n.)
Waarschijnlijk is deze urn bedoeld geweest voor de urnenwand achter het Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam. In deze gebogen gedenkmuur zijn elf urnen met aarde geplaatst. Deze aarde komt van fusillade- en erebegraafplaatsen uit de toenmalige elf provincies en uit voormalig Nederlands-Indië. De urn van Krop heeft geen plek gekregen in deze wand, omdat hij het niet eens was met het feit dat er ook aarde uit Indonesië werd geplaatst.
De onderstaande foto laat Krop zien in zijn atelier, tijdens het bakproces van de urn.
De urn was te zien gedurende de verkooptentoonstelling van Kunstconsult in Amstelveen van 26 september t/m 17 oktober 2018.
Deze liggende vrouwenfiguur met draperie is een goed voorbeeld van de unieke keramiek die Hildo Krop maakte in zijn eigen studio in de jaren ’30. Er bestaan drie keramische versies van dit model: één crèmekleurig, één matwit en één in polychrome pasteltinten. Daarnaast maakte Krop in dat jaar nóg een liggende vrouwenfiguur in roze marmer en een bronzen afgietsel van het model voor dit marmeren object.
Het Hildo Krop Museum heeft van dit liggende vrouwenfiguur met draperie twee studies in de collectie: een terracotta en een gipsen model.
Deze rijk gedecoreerde dekenkist maakte Hildo Krop voor zijn vrouw. Op de deksel van de kist staat in een sierlijk handschrift gestoken: ‘Hildo Krop dedicavit uxori carissimae AD 1948’, wat betekent: ‘Door Hildo Krop opgedragen aan zijn geliefde vrouw in 1948’.
Op de voorzijde en zijkanten van de kist staat op een banderol de in hoofdletters gestoken tekst: “De mens staat en valt En helpt en richt zich op Wat geloof de mens ook heeft verloren De vrijheid eenmaal wordt geboren”. Deze spreuk verwijst, net als de voorstellingen op de zeven reliëfpanelen, naar de bevrijding van 1945.
De dekenkist werd tentoongesteld tijdens de verkoopexpositie van Kunstconsult, Amstelveen (26 september t/m 17 oktober 2018).
Hildo Krop Museum, Steenwijk
particuliere collectie (reliëf wandpaneel)
oorspronkelijk in villa Oranje Nassaulaan 10, Amsterdam
1926-27
Wandpaneel
mahoniehout – 52 x 134 cm
details:
kastversiering – 20 x 10.5 x 7 cm
kastversiering en ajourreliëf voor een lamp, coromandelhout
Ada Helena Crone (1893-1996) trouwde in 1919 met August Eduard von Saher (1890-1973). Ada Crone was van jongs af aan geïnteresseerd in toegepaste kunst en had in 1918 eindexamen gedaan aan de afdeling decoratieve kunst van de Amsterdamse Quellinusschool. August von Saher was advocaat en consul generaal van het Koninkrijk Bulgarije in Nederland. Hij deelde met Ada de liefde voor kunst waar hij al vroeg mee in aanraking kwam. Zijn vader, Eduard August von Saher (1849-1918), was directeur van het Museum en de School voor Kunstnijverheid in Haarlem. Na hun trouwen gingen August en Ada von Saher-Crone wonen op de Oranje Nassaulaan 10 in Amsterdam, een villa ontworpen door de Amsterdamse School architect C.J. Blaauw. Hildo Krop werd gevraagd om de interieurs van de salon, de eetkamer en de bibliotheek/studeerkamer te ontwerpen en te vervaardigen.
Voor de studeerkamer maakte Krop een betimmering in mahonie- en Fries esdoornhout. Tevens sneed hij een mahoniehoutenpaneel met centraal een moeder en kind, links de werkende mens en rechts natuurtaferelen met de voor Krop zo kenmerkende figuren als paardjes, herten, vliegende reigers, vosjes, arenden en faun. In zijn ontwerp voor de lamp komt ook weer een bekend thema van Krop terug. De twee ajourreliëfs verbeelden ‘dag’ en ‘nacht’. Bij ‘dag’ zien we een manfiguur onder een stralende zon en vogels (reigers) in de lucht. Bij het nachttafereel, een in slaap dommelende vrouw onder een sterrenhemel met een vlucht vleermuizen. Aan het houtsnijwerk van de boekenkast vinden we een gebogen vrouwfiguur met masker en hand.
Het paneel en het houtsnijwerk voor de boekenkast werden tentoongesteld tijdens de verkoopexpositie van Kunstconsult, Amstelveen (26 september t/m 17 oktober 2018).
Voor de familie Von Saher ontwierp Krop in 1924 op de begraafplaats Westerveld een urnenmonument (zie Mo5).
bron: www.onsbloemendaal.nl, nr.3 najaar 2016
In het tijdschrift Wendingen – jaargang 1927 nr.2 verschenen foto’s van dit bibliotheekinterieur.